Concept car: Lincoln Indianapolis Boano Coupe
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog hadden de carrosseriebouwers het zwaar. Voor de oorlog werden luxe auto’s bijna uitsluitend gestyled door de gespecialiseerde carrosseriehuizen. Bentley toonde met zijn standaard stalen modellen aan dat in-house styling de toekomst ging worden en carrosseriebouwers moesten vechten voor de exclusieve fabrikant contracten. Vele prominente carrosseriebouwers probeerden allianties te vormen met vooral de Amerikaanse bedrijven die diepe zakken hadden: Ghia creëerde een relatie met Chrysler; Bertone met Packard; en Touring met Hudson.
Deze bijzondere Lincoln is gebouwd door Boano styling op een Lincoln chassis. Eigenlijk moeten we het een concept automobiel noemen, dat past beter.
Het model op Pebble Beach.
Het model is een schitterende mengelmoes van Amerikaanse techniek en Italiaans design. Het project was bedoeld voor de 1955 Autosalon van Turijn en kreeg de naam ‘Indianapolis’, naar de legendarische race. Het ontwerp was zeer futuristisch, en zonder twijfel geïnspireerd door vliegtuigen en luchtvaart. Het resultaat was een flamboyant en gedurfd, maar zeker elegant concept. Het ontwerp was sierlijk en vol fraaie details. Het model werd goed ontvangen en zorgde voor een groter intensievere samenwerking van Ford met Boano. Ford maakte de afspraak met Felice Mario Boano om de auto te ontwerpen en zijn zoon, Gian Paolo Boano, vorder het ontwerp uit.
Nadat de Lincoln Indianapolis Concept werd getoond in Turijn, ging de auto op transport naar de Verenigde Staten, om precies te zijn naar Henry Ford II die hem later aan zijn vriend Errol Flynn kado zou hebben gedaan. Tijdens de vroege jaren zestig heeft de auto flinke brandschade opgelopen waarbij het interieur volledig werd verwoest. Het werd gedeeltelijk gerestaureerd in de jaren zeventig voordat hij zon’n twintig jaar in de opslag zou verdwijnen. Begin 2000 werd begonnen met een zeer uitgebreide restauratie waarbij zeer veel moeite werd gedaan om het oorspronkelijke design te behouden en originele lijnen van Gian Paolo Boano volgen. De restauratie nam twee jaar in beslag en de Lincoln werd afgewerkt in de originele fel oranje lak met een zwart-wit geblokt interieur.
De auto heeft drie verchroomde sier uitlaatpijpen op de zijkanten van het voertuig. Direct achter hen zitten de lange luchtinlaten met vijf verchroomde luchtverdelers. Er is geen zichtbare luchtinlaat in de lange voorzijde neus van het voertuig. De dubbele koplampen staan boven elkaar. De wielen zijn bijna afgedekt onder de spatborden. De voorruit en achterruit geven het model een cockpit-achtig uiterlijk wat ook een duidelijke invloed vanuit de luchtvaart is. Het interieur is zeer strak met veel verborgen instrumenten. Een druk op de knop tovert deze instrumenten tevoorschijn. Onder de motorkap ligt een V8 motor die 200 PK levert en wordt bediend door een automatische versnellingsbak.
Nadat Henry Ford II de Ford Motor Company van zijn vader Edsel Ford overnam, was hij bezorgd dat het bedrijf niet snel genoeg zou vernieuwen en dus werd daar flink in geïnvesteerd in tijd en geld. De Lincoln-Zephyr en Cosmopolitan waren duidelijke voorbeelden van de nieuwe richting die Ford op wilde, maar de Indianapolis ging nog wel een stapje verder. In 2006 werd deze bijzondere Lincoln nog verkocht voor $1.375.000.