Vroeger was alles beter
“Vroeger was alles beter” hoor je mensen nog wel eens zeggen. Daar ben ik het niet altijd mee eens. Maar wat auto’s betreft wél. Begrijp me goed, een vakantie naar Denemarken is natuurlijk lekker in een BMW 3 Serie Touring. Maar kijk eens naar de eerste auto die ik me kan herinneren van vroeger: onze prachtige Opel Kadett (model B). Ik mocht bij hoge uitzondering voor de foto plaatsnemen op de motorkap.
Stoere stickers
Ik vond het toen al een prachtige auto. Het enige nadeel was dat de bekleding van zwart skai leer was. Een half uurtje in de zon en je had gegarandeerd blaren op je blote benen. Het allerstoerste vond ik eigenlijk nog wel de twee panter stickers achterop.
De imperial zat er altijd op en maakte een gierend geluid zodra je een beetje snelheid had. Dat dit een behoorlijk negatieve invloed had op het benzineverbruik wist mijn vader nog niet, anders was ie er subiet afgegaan vermoed ik.
Een bekend probleem bij deze opels was dat ze tamelijk snel roestten bij de spatborden en de voordeuren. Er was een speciaal setje te koop waarmee dit opgelost kon worden. In dit pakket zaten een kunststof gaasje en twee componenten lijm. De instructie was simpel: Voeg de harder bij de lijm en maak daarmee het gaasje op de auto vast. De praktijk bleek echter lastiger. De eerste keer deed mijn vader veel teveel harder bij de lijm, waardoor de boel hard was voordat het ook maar in de buurt van de auto was. De volgende keren ging dat beter, maar uiteindelijk is er meer lijm en gaas aan z’n handen terecht gekomen dan op de auto. Uiteraard moest er nog geschuurd worden om de boel glad af te werken. Het heeft het wel een tijdje volgehouden.
Engels comfort
De volgende drie auto’s die we kregen waren geweldig comfortabele Engelse auto’s: De Austin Allegro. Waar ik vroeger nog weinig gevoel voor design had, ben ik nu weg van de handgrepen van de Allegro. Alleen al daaraan herken je meteen het model. We begonnen met een bruine. Door een lekkende tank moest deze snel vervangen worden door een oranje.
Special edition
Na het langer volgehouden te hebben begon ook die tank te lekken en kocht mijn vader de meest speciale auto die we ooit hebben gehad. Uiteraard weer een Austin Allegro, maar dan een prachtig zilveren special edition met een skai lederen dak.
Waar mijn vader niet over nagedacht had was dat een special edition -van welk merk dan ook- nogal eens een verrassing kan opleveren. Bijvoorbeeld toen de hydrolische vering het op vakantie begaf. Er moest speciaal pompgereedschap aan te pas komen. Maar dat viel van de brug. Dus de auto moest blijven en mijn vader kwam op een tandem terug.
Of toen het spruitstuk vervangen moest worden. Bleek dat deze speciale Austin zo speciaal was dat er maar drie van in Nederland rondreden. Het spruitstuk zou uit Engeland geïmporteerd moeten worden. Zevenhonderdvijftig gulden. Niet iets dat je toen zomaar deed. Dus mijn vader weer met een speciale kit in de weer. Er moest kit en draad op een hete uitlaat aangebracht worden. Eén verbrande hand later reed mijn vader de snelweg op om de boel te testen en na een luide ‘Plop’ lag de boel er weer af. Het was de laatste Allegro (en de laatste Austin) die mijn vader kocht.
Drie wielen
Mijn opa en diens zoon (mijn oom) hielden beide van auto’s. Mijn opa bezat een Britse Standard (een Twelve als ik me niet vergis) waar mijn oom, werkzaam bij een garage, mooi aan kon sleutelen.
Na een verjaardag bleek echter dat ie wat moeren niet stevig genoeg had aangedraaid. Toen de auto eenmaal stilstond in de schuur lag het voorwiel er naast.
Jaren later waren mijn opa en oma zichtbaar gelukkig met de populaire DS en daarna een prachtige Renault Dauphine.
Tot slot
Als uitsmijter wil ik jullie deze juweeltjes uit mijn familiealbum niet onthouden. Wie de merken en modellen weet mag het zeggen. Het enige wat ik er van weet is dat ik er vandaag de dag heel graag eens in zou rijden.