Lotus Esprit gered van de schroothoop
Als liefhebbers van klassiekers vinden wij dat elke auto het eigenlijk wel verdiend om gered te worden van de schroothoop, zeker als het om een Engelse klassieker gaat als die van Spencer Canon. Spencer is de oprichter van Ritte Fietsen in Santa Monica en kwam op een dag iets tegen wat ooit een Lotus Esprit was.
Menigeen zou gezegd hebben: “Lekker laten staan”, maar daar dacht Spencer anders over. Hij kocht deze Lotus Espirt en zag de mate van verwaarlozing van dit exemplaar als een stuk vrijheid om een aantal aanpassingen aan de Lotus te doen die door de liefhebber wellicht snel zullen worden afgedaan als heiligschennis en hobbywerk.
Een voorbeeld hiervan is de lak: ooit was hij rood, maar nu heeft hij een nogal aparte kleur blauw gekregen en hoewel het zeker niet onze eerste keuze zou zijn, is het eigenijk best goed gelukt. Er zijn flink wat uren in gaan zitten en dat is niet vreemd gezien de toestand waarin Spencer zijn Esprit aantrof….
Een lichtblauwe Lotus Esprit, omdat het kan
Hoewel er ruim 10.000 exemplaren van de Lotus Esprit zijn gebouwd in een periode van bijna 20 jaar, geniet het model geen grote bekendheid en is het ook geen enorm populaire auto. Ok, het heeft zijn moment of fame gehad in de James Bond film ‘The Spy who loved me’, maar daar is dan ook alles wel mee gezegd. Een auto die ook dienst doet als onderzeeër kun je niet echt serieus nemen en eigenlijk verdient het model meer. De combinatie van de visie van Colin Chapman en het oorspronkelijke design van Giugario maakte dit toch wel tot een bijzondere sportwagen.
Het model van Spencer is een redesign van de Esprit (X180), gemaakt door ontwerper Peter Stevens die later ook de McLaren F1 zou ontwerpen. Deze nieuwe Lotus werd geproduceerd met nieuwe technieken waarbij onder andere kevlar werd toegepast voor versteviging aan het dak en de zijkanten. Dit zorgde voor een toename in torsiestijfheid van maar liefst 22 procent. De auto behield de mechanische onderdelen van de vroegere hoge compressie en Turbo Esprit, maar kreeg daarbij een sterkere Renault transaxle. De Type 910 motor behield zijn gretige 215 PK wat de Esprit in iets meer dan vijf seconden naar de 100 km/u deed schieten om vervolgens door te loeien naar een topsnelheid van ruim 240 km/u. Ook het interieur werd herontworpen door Stevens, waardoor er een paar centimeters inches meer ruimte was voor de inzittenden.
Spencer is er in geslaagd om deze bijzondere combinatie in ere te herstellen met prestaties die supercar-achtige vormen aannemen. En ja, dan vergeven wij hem de lichtblauwe lak en de niet originele velgen. So what? Hij rijdt weer en dat is hoe we het graag zien. En bij Petrolicous denken ze er blijkbaar net zo over want die hebben een mooi filmpje gemonteerd van Spencer en zijn Esprit. Geluidje hoor! En zie ook dat snuitje van Spencer, die is er blij mee!