BMW stopt met de 5e generatie M5: Tschüssi!
In september staakt BMW de productie van de 5 Serie sedan zoals we die kennen. Dat betekent dat ook het einde van de M5 met handbak in zicht is. Maar BMW zou BMW niet zijn als ze er niet iets aan deden om het afscheid van dit legendarische model te verzachten en komt dan ook met een M5 Competition Edition waar er echter maar 200 van gemaakt zullen worden.
Deze allerlaatste M5 met handbak, komt er in de kleuren Carbonschwarz en Mineralweiss en krijgt de nodige M Performance koolstofvezel carrosseriedelen zoals een diffuser, zijspiegelkappen en een achterspoiler. Onder de lichtgewicht kap komt een dikke V8 te liggen die goed is voor 600 PK. Dit dikke blok plus de verpakking eromheen zijn samen goed voor € 183.176. Met dat bedrag in de kontzak kochten wij liever een eerste generatie en gingen van de rest van het geld helemaal los in Berlijn, maar dat terzijde.
Dit laatste model van de F10 staat in schril contrast met de allereerste M5 die door BMW in Amsterdam in 1984 aan de wereld werd getoond als de zakenauto met sportprestaties. Destijds was het de snelste productie-sedan ter wereld. Er zouden in totaal 5 generaties volgen in 32 jaar. Voor een klein overzicht hebben we de M5-generaties in retro zwart-wit fotografie geplaatst. Vonden we wel passen. De zesde generatie krijgt code G30.
BMW M5 E28 (1985-1988)
BMW bracht met deze eerste M5 E28 (1985-1988) een bijzonder model op de markt waar geen enkel ander merk zich toen aan waagde. Voor BMW was de stap wat minder groot door de uitgebreide racehistorie en er ws al de BMW M535i. Toch wilde BMW een echte M-motorisatie in een van hun modellen stoppen omdat ze voelden dat er markt voor was. Dit werd de M5 E28 die een 3,5-liter, zes-in-lijn motor met 282 pk kreeg die de achterwielen op hun donder mochten geven. Nu lachen we hier om, maar in 1984 was dit stevig en een sprint naar de 100 in 6,2 seconden met een top van 245 km/u waren prestaties die voor een sedan redelijk verrassend waren.
De E28 M5 werd, in tegenstelling tot de gewone 5-serie, helemaal met de hand gebouwd. Er werden in totaal 2.200 exemplaren werden gebouwd en het is daarmee inmiddels een gewild exemplaar onder liefhebbers.
BMW M5 E34 (1988-1995)
De tweede generatie van de M5 was de E34 en deze kreeg ook een 3,5-liter zescilindermotor, ditmaal met 316 pk en een trekkracht van 360 Nm en de 100 km/u werd in 6,3 seconden aangetikt. En met deze tweede generatie bracht BMW in 1992 ook de allereerste 5-serie Touring op de markt wat gepaard ging met een upgrade van de motor naar een 3,8-liter met 340 pk en 400 Nm aan koppel. Hiermee dook het model onder de 6 seconden grens voor de sprint naar de 100 km/u waarmee BMW de prestaties van de M5 dichter bij de krachtige 540i (met V8) bracht.
BMW M5 E39 (1998-2003)
Bij de derde generatie van de M5, stopte BMW een 4,9-liter V8 met 400 pk onder de motorkap gekoppeld aan een handbak met 6 versnellingen. Goed voor een top van 300 km/u maar door de begrenzer bleef de naald steken bij 250 km/u. De sprint naar de 100 km/u ging een volle seconde sneller dan met zijn voorganger in 4,8 seconden! Voor velen is de E39 de ultieme M5. Deze E39 was de eerste M5 die op dezelfde productielijn als de gewone 5-serie werd geproduceerd waardoor er ruim 20 duizend van konden worden gebouwd op een manier die met de eerder handgemaakte versie niet mogelijk was. Van deze derde generatie werden drie verschillende versies geproduceerd: Een links gestuurde, een rechts gestuurde en een versie voor de Noord-Amerikaanse markt.
Na deze derde generatie volgden nog de E60 (2005 – 2010) en de F10 (2011-2016) maar als we het daar te lang over gaan hebben dan wordt dit opeens een artikel over moderne BMW’s en daar kunnen we echt niet aan beginnen. Wij zwaaien deze M5 alvast uit en wij hopen vooral de eerste generatie nog eens tegen te komen op de Nederlandse wegen. Tschüssi!