MENU

Heinkel

Heinkel is een historisch Duits merk van vliegtuigen, bromfietsen, scooters en dwergauto’s.

 

Geschiedenis van Heinkel

In 1922 richtte Ernst Heinkel de Heinkel-Flugzeugwerke in Warnemunde-Rostock op. De Heinkel-vliegtuigfabrieken zouden op luchtvaartgebied niet minder dan 1352 patenten verzamelen. Oorspronkelijk werden er watervliegtuigen en burgervliegtuigen gebouwd, maar later ook jachtvliegtuigen en bommenwerpers. Door het Verdrag van Versailles in 1922 mocht Duitsland in slechts beperkte mate vliegtuigen bouwen. Om die reden ging Heinkel op zoek naar buitenlandse sponsors en partners. Voor die buitenlandse partijen ontwierp Heinkel vliegtuigen, die dan weer onder licentie in het buitenland moesten gebouwd worden. Eén van die partners was de Japanse marine, waarvoor Heinkel watervliegtuigen liet bouwen in Zweden. In Duitsland werden die vliegtuigen alleen gebruikt in de burgerscheepvaart om een postverbinding te verzorgen met zeeschepen.

 

Toen Adolf Hitler aan de macht kwam, vormden de ontwerpen van Heinkel een essentieel onderdeel van de groeiende kracht van de Luftwaffe in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog. Daarbij gebruikte het leger zowel de Heinkel He-59, de Heinkel He-115 als de Heinkel He-111. In 1938 werd het allereerste vliegtuig (Heinkel He 176) met een raketmotor getest. Een jaar later bouwde Heinkel zijn eerste straalvliegtuig (Heinkel He 178). Ernst Heinkel stond echter bekend als tegenstander van Hitler en in 1942 werden zijn fabrieken door het naziregime overgenomen. Aan het einde van de oorlog werd Heinkel door de geallieerden in hechtenis genomen, maar toen zijn vijandschap met Hitler duidelijk bleek, werd hij opnieuw vrijgelaten. Heinkel kreeg toestemming om opnieuw als industrieel aan de slag te gaan.

 

In 1950 begon hij in Stuttgart met de productie van motoren en bromfietsen. In 1958 nam hij in Speyer zijn oude liefde weer op en begon hij onder de bedrijfsnaam Ernst Heinkel-Fahrzeugbau opnieuw met het ontwerpen van vliegtuigen. Het bedrijf werd in 1964 overgenomen door de Vereinigte Flugtechnische Werke (VFW), dat nadien van naam zou veranderen in Pfalz-Flugzeugwerke. De zwaar gebombardeerde vliegtuigfabriek in Rostock werd echter door de Russische bezettingstroepen ontmanteld, waarbij al het bruikbaar materiaal naar de Sovjet-Unie werd overgebracht. Van de fabriek staat alleen nog een bakstenen muur overeind. Deze is sinds 1993 een beschermd monument.

 

Na de Tweede Wereldoorlog

Na de Tweede Wereldoorlog mocht Duitsland geen vliegtuigen meer bouwen en moest Heinkel werk zoeken voor zijn werknemers. Hij besloot dwergauto’s te gaan bouwen. Vanaf maart 1956 produceerde de fabriek de Heinkel Kabine. Deze dwergauto leek op de Isetta van het Italiaanse Iso. Heinkels ontwerp was zo succesvol dat licenties onder andere aan Ierland en Groot-Brittannië werden verkocht. De eerste uitvoering had slechts één achterwiel.

 

Heinkel 200

Heinkel 200 Cabine.

 

Heinkel open tourer prototype 1957

Heinkel Open Tourer Prototype uit 1957.

 

In de periode 1956-1958 werden vier modellen uitgebracht; twee modellen met één achterwiel en twee modellen met twee dichtbij elkaar staande achterwielen. De tussenruimte tussen deze wielen kwam overeen met één enkel wiel. Deze opstelling hield verband met de toelating door de overheid. Omdat de wielen zo dicht bij elkaar stonden werd het voertuig gezien als een driewieler en niet als een normale auto. Alle vier de types hadden ook motoren met verschillende motorinhoud.

 

1956 Heinkel Kabine


Garages en specialisten

Clubs, fora en verenigingen


Ook interessant