MENU

Chrysler New yorker

De Chrysler New Yorker is een automodel van Chrysler dat werd gebouwd van 1940 tot 1996. Dit model was meerdere jaren het topmodel van het Amerikaanse merk. Een uitrustingsniveau genaamd de “New York Special” verscheen voor het eerst in 1938 en de naam “New Yorker” debuteerde in 1939. De naam New Yorker droeg bij aan de reputatie van het merk als producent van luxe modellen, geprijsd en uitgerust boven reguliere merken zoals Ford, Chevrolet, Pontiac, Dodge en Plymouth. Het was echter weer niet zo luxe als Cadillac, Lincoln en Packard. De New Yorker moest onder andere concurreren met Buick, Oldsmobile en Mercury.

 

Chrysler New Yorker Highlander convertible uit 1940

Foto: bonhams.com

Chrysler New Yorker Highlander convertible uit 1940

 

Het New York Special-model werd oorspronkelijk geïntroduceerd als een aparte subserie van de Chrysler Imperial uit 1938. Het model was verkrijgbaar in 1938 als een vierdeurs sedan met een 4,9 liter lijnmotor en had veel comfort en ruimte voor de passagiers. In 1939 werd het model uitgebreid met nog twee coupé versies en een tweedeurs sedan met een grotere, krachtigere motor. Deze C23-serie kreeg het de naam “New Yorker” zonder “Special”.

 

De eerste cabriolets werden geïntroduceerd met het geheel nieuwe carrosserie design van de modellen uit 1940. Deze C26-serie was de eerste New Yorker die werd beschouwd als een op zichzelf staand model in plaats van een versie van de Imperial. De enige beschikbare transmissie was de standaard handgeschakelde drie-versnellingsbak. Er was ook de “New Yorker Highlander”, een speciale versie met tartan stoelen en andere interieurelementen.

 

In 1941 werden licht herontworpen carrosserieën geïntroduceerd, waarbij de businesscoupé nu een ontwerp met drie ramen had. De bodies waren allemaal iets breder en lager, met een groter glasoppervlak. Een ander nieuw model was de Town Sedan met de achterdeuren met de scharnieren aan de voorkant van de deuren.

 

Vacamatic, de eerste semi-automaat

In 1941 kwam de Vacamatic op de markt. De M4 Vacamatic-transmissie was historisch gezien de eerste semi-automatische transmissie die door een grote fabrikant op de markt werd gebracht. Het was een poging om te concurreren met de hydraulische automatische transmissies van rivalen, hoewel hhet nog steeds een koppeling had, voornamelijk om van bereik te veranderen. Bij normaal rijden wordt de koppeling niet gebruikt. De transmissie zelf was een volledig gesynchroniseerde handgeschakelde transmissie, met vier versnellingen vooruit en één achteruit; waarbij het schakelen ‘automatisch’ werd gedaan door vacuümcilinders en in latere versies door hydraulische cilinders in een zogenaamde Prestomatic. Het belangrijkste verschil was de toevoeging van een vloeistofkoppeling tussen motor en koppeling en het schakelmechanisme.

 

Toen Amerika op 7 december 1941 de Tweede Wereldoorlog inging, kwam begin februari 1942 alle autoproductie stil te liggen. Het modeljaar 1942 was dus ongeveer de helft van de normale lengte. Auto’s die na december 1941 werden gebouwd, hadden een verduisterende bekleding. De jaren ’42 waren vrij modern, met een ontwerp dat de naoorlogse pontonstijl aankondigde met spatborden die meer in de carrosserie waren verwerkt. De grille bestond uit vijf horizontale chromen spijlen die zich om de voorkant wikkelden en helemaal tot aan de voorkant van het stuurhuis reikten. In totaal werden dit jaar 12.145 New Yorkers van de C36-serie gebouwd. Chrysler zou tijdens de Tweede Wereldoorlog vooral motoren voor tanks en vliegtuigen produceren.




Garages en specialisten


Clubs, fora en verenigingen


Ook interessant