MENU

Bristol Blenheim

Met de Bristol Blenheim verfijnde Bristol de 603 verder. Het model was de vierde serie van de langlopende 603-lijn waarbij met name de mechanica van de auto werd gemoderniseerd door de introductie van multi-port brandstofinjectie. Zowel de prestaties als het brandstofverbruik werden hierdoor verbeterd. Turbocharging was niet langer beschikbaar, maar de Blenheim Series 1 had nog steeds hetzelfde prestatieniveau als de Bristol Brigand.

 

Bristol Blenheim

Bristol Blenheim

 

Met de introductie van de Blenheim was er een aanzienlijke verandering in de styling van de voor- en achterkant. De koplampen waren verder naar binnen gemonteerd vanaf de uiterste voorkant van de auto. De motorkap werd ook aangepast met de montage van gasveren om hem omhoog te houden wanneer hij voor het eerst werd geopend.

 

Sinds die tijd heeft de Blenheim twee extra series doorlopen, de Bristol Blenheim Series 2, gemaakt van januari 1998 tot eind 1999, met voor het eerst een viertraps automatische overdrive-transmissie, die het brandstofverbruik aanzienlijk verbeterde. Bristol reageerde ook op klachten over het gebrek aan vermogen en herwerkte de motor, die nu ongeveer 260 pk produceerde. De voorkant werd herwerkt met grotere koplampen en grille-opening, geaccentueerd door een enkele centrale chromen strip. De baan werd verbreed, terwijl andere wijzigingen de vrij grote draaicirkel verkleinden tot 11,9 meter.

 

De Blenheim 3 die in 2000 op de markt kwam zag de afschaffing van de verticaal gemonteerde Bedford-achterlichten ten gunste van de split units van de Opel Senator B en een sterk herziene interieurindeling met volledig nieuwe versnellingspook en verbeterde instrumentatie. Ook zag de motor aanzienlijke verbeteringen: hogere compressie samen met herwerkte nokkenassen, koppen en een nieuw motormanagementsysteem gaven wat Bristol noemde “aanzienlijk verhoogd” vermogen. Periodepublicaties schatten het op 360 pk.

 

Vanaf begin 2002 was er ook een sportiever model met donkere bekleding, de Blenheim 3S. Een nieuw spruitstuk en grotere kleppen, samen met een herwerkt motormanagementsysteem dat nog eens 500 tpm aan motortoerental mogelijk maakte, betekende dat er nu ongeveer 400 PK aan vermogen beschikbaar was. Bristol zelf weigerde, zoals gewoonlijk, officiële vermogenscijfers te geven, maar verklaarde simpelweg dat de motor ‘gespierde autoriteit’ bood.

 

De ophanging werd steviger en er werden aluminium wielen gemonteerd. Vier-cilinder remmen werden vooraan opgenomen en de spoorbreedte achter werd verbreed met 60 mm, waarbij de achterspatborden moesten worden aangepast. Aan de achterkant waren vier sportieve uitlaatpijpen gemonteerd.




Garages en specialisten


Clubs, fora en verenigingen


Ook interessant