MENU

Bristol 603

De Bristol 603 werd in 1976 geïntroduceerd naast de door Zagato ontworpen 412 ter vervanging van de Bristol 411. Het model werd veel meer gestroomlijnd, met een grote gebogen achterruit. Er kwam een versie met een 5,9 liter Chrysler motor en later een met een 5,2 liter motor vanwege de stijgende brandstofprijzen. De zuinigere motor verdween weer tijdens de productie van de tweede serie, die de 5,9 liter motor als standaard meekreeg. Het model behield de ophanging en transmissie van de 411.

 

De typenaam 603 heeft een typisch Britse achtergrond. Het werd destijds gekozen omdat het in 1976 603 jaar geleden was dat de City of Bristol bij Koninklijk besluit tot zelfstandige County werd uitgeroepen.

 

bristol 603 S1

Bristol 603 S1

 

bristol 603 reservewiel

Aparte lokatie voor het reservewiel

 

Bristol Britannia en Brigand (603S3)

De derde reeks van 603, geïntroduceerd in 1982 en voortgezet tot 1994, kreeg voor het eerst goedkeuring om namen te gebruiken van beroemde modellen van de Bristol Aeroplane Company. De model kreeg een kleinere grille en modernere zijspiegels. Ook kreeg het model geïntegreerde achterlichten waar deze bij de eerdere modellen nog gescheiden waren van de achterste richtingaanwijzers en remlichten.

 

bristol 603 1984

Bristol 603 uit 1984

 

De Bristol Britannia was de standaard versie maar de Bristol Brigand had een Rotomeister turbocharger op de Chrysler V8 motor en een koppelomvormer oorspronkelijk gebruikt op de 440 V8, die de Brigand een topsnelheid gaf van 241 km/u. De bult in de motorkap die nodig was om de turbocharger kwijt te kunnen, verraadde dan ook of je met een Brigand of een Britannia te maken had. Daarnaast kreeg het model standaard lichtmetalen velgen. Gedurende de 12 jaar dat de modellen in productie waren, werden er kleine wijzigingen doorgevoerd, vooral aan de voorzijde.

 

bristol brigand

Bristol Brigand

 

Blenheim (603S4)

Met de komst van de Blenheim verfijnde Bristol de 603 nog meer, vooral door de komst van multi-port brandstofinjectie, waarmee zowel de prestaties als het brandstofverbruik werden verbeterd. De Blenheim Series 1 had geen turbocharger meer, maar de prestaties bleven gelijk met de Brigand.

 

De voorzijde van de Blenheim werd bij zijn introductie flink aangepakt. De koplampen werden in duo’s gemonteerd en lagen diep in de extreme voorkant van de auto. De motorkap werd ook aangepast met de montage van gasveren om bij het openen de kap omhoog te houden, daarbij kreeg deze motorkap voor het eerst in de geschiedenis van Bristol een volledig rechthoekig scharnier.

 

Na de eerste serie volgde de Bristol Blenheim Series 2, gemaakt van 1998 tot eind 1999. Dit model kreeg een 4 speed overdrive automatische transmissie, die zorgde voor een veel beter brandstofverbruik.




Garages en specialisten


Clubs, fora en verenigingen


Ook interessant